SV | En als Husai tot Absalom inkwam, zo sprak Absalom tot hem, zeggende: Aldus heeft Achitofel gesproken; zullen wij zijn woord doen? Zo niet, spreek gij. |
WLC | וַיָּבֹ֣א חוּשַׁי֮ אֶל־אַבְשָׁלֹום֒ וַיֹּאמֶר֩ אַבְשָׁלֹ֨ום אֵלָ֜יו לֵאמֹ֗ר כַּדָּבָ֤ר הַזֶּה֙ דִּבֶּ֣ר אֲחִיתֹ֔פֶל הֲנַעֲשֶׂ֖ה אֶת־דְּבָרֹ֑ו אִם־אַ֖יִן אַתָּ֥ה דַבֵּֽר׃ ס |
Trans. | wayyāḇō’ ḥûšay ’el-’aḇəšālwōm wayyō’mer ’aḇəšālwōm ’ēlāyw lē’mōr kadāḇār hazzeh diber ’ăḥîṯōfel hăna‘ăśeh ’eṯ-dəḇārwō ’im-’ayin ’atâ ḏabēr: |
En als Husai tot Absalom inkwam, zo sprak Absalom tot hem, zeggende: Aldus heeft Achitofel gesproken; zullen wij zijn woord doen? Zo niet, spreek gij.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En als Husai tot Absalom inkwam, zo sprak Absalom tot hem, zeggende: Aldus heeft Achitofel gesproken; zullen wij zijn woord doen? Zo niet, spreek gij.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!